Eis van 16 jaar celstraf na gewelddadige dood van 53-jarige vrouw
Amstelveen - Het Openbaar Ministerie Noord-Holland (OM) heeft tegen een 36-jarige man uit Amstelveen en een 32-jarige man zonder vaste woon- of verblijfplaats zestien jaar gevangenisstraf geëist. Zij staan terecht voor de gewelddadige dood van een 53-jarige vrouw uit Zaandam in maart 2018.
Tegen de derde verdachte, een 39-jarige man uit Zaandam, eiste de officier van justitie acht jaar gevangenisstraf voor medeplichtigheid aan de gewelddadige dood.
Buurman
Op zondagochtend 26 maart 2017 meldde een man via het alarmnummer dat zijn buurvrouw bewegingsloos in de hal van haar woning lag. Het slachtoffer was een kwetsbare vrouw, die kort voor haar dood haar partner en moeder had verloren. Ze maakte geregeld een praatje met buurtbewoners. Zo sprak ze met de buurman openhartig over een vrijgevallen erfenis die haar zou toekomen. Deze buurman bleek later één van de verdachten. Het OM verdenkt hem en zijn twee handlangers van de gewelddadige dood van de vrouw.
De buurman heeft hierbij een cruciale rol gespeeld. Hij was bekend met de leefsituatie en financiële positie van het slachtoffer. ‘’Hij was de katalysator”, zei de officier van justitie afgelopen woensdag tijdens de zitting. “Zonder zijn informatie zou het delict in het geheel niet zijn gepleegd. In die zin is hij mede verantwoordelijk voor haar gewelddadige en zinloze dood.’’ Tegen hem eisde de officier een gevangenisstraf van acht jaar.
Bewijs
De verdachte fungeerde als de coördinator bij het beramen van het plan tot de overval. ‘’En vervolgens bij de uitvoering van dat plan door zijn medeverdachten in te lichten over de leefsituatie van het slachtoffer, over de indeling van het flatgebouw, waar de beveiligingscamera’s hangen en hoe ze bij haar woning konden komen zonder hun identiteit te onthullen’’, aldus de officier van justitie. Anders dan bij de andere twee verdachten is er echter onvoldoende bewijs dat hij ten tijde van de dood in de woning van het slachtoffer aanwezig was.
De twee andere verdachten hebben volgens de officier van justitie feitelijk de grootste rol in de zaak gespeeld. “Zij zijn in de woning van het slachtoffer geweest, hebben het geweld toegepast en de woning doorzocht”, zei de officier. “Er was een nauwe en bewuste samenwerking tussen hen, zij hebben het delict samen uitgevoerd. Dat blijkt uit sporen op het lichaam van het slachtoffer.”
Doodslag
Tegen beide mannen werd zestien jaar celstraf geëist op basis van gekwalificeerde doodslag, gepleegd om de geplande diefstal te vergemakkelijken of om de kans op betrapping te verkleinen. ‘’Het hele huis was doorzocht, kastdeuren stonden open en spullen lagen over de grond verspreid’’, vervolgde de officier. ‘’Terwijl de verdachten meer dan een half uur lang haar woning aan het doorzoeken waren, moest het slachtoffer doodsangsten hebben uitgestaan. Zij lag op de grond, leed pijn en was vastgebonden aan handen en voeten zodat vluchten of hulp inschakelen niet mogelijk was. En dat in haar eigen woning, normaal gesproken haar veilige thuishaven.”
De officier van justitie was ook niet te spreken over de reacties van de verdachten na het misdrijf “Het Openbaar Ministerie ziet bij deze verdachten geen enkel berouw. Hun handelen getuigt van een volkomen gebrek aan respect voor de waarde van het menselijk leven.’’
De rechtbank doet op 1 november uitspraak in de zaak.